1 Koningen 10:26

26 Daartoe vergaderde Salomo wagenen en ruiteren, en hij had duizend en vierhonderd wagenen, en twaalf duizend ruiteren, en legde ze in de wagensteden en bij den koning in Jeruzalem.

1 Koningen 10:26 Meaning and Commentary

1 Kings 10:26

And Solomon gathered together chariots and horsemen
Both for war; for though it was a time of peace, he provided against the worst, lest an enemy should come upon him suddenly, and when unprepared:

and he had one thousand and four hundred chariots, and twelve thousand
horsemen; of the latter (See Gill on 1 Kings 4:26)

whom he bestowed in the cities for chariots, and with the king at
Jerusalem;
some of the horsemen were quartered in the cities where the chariots were placed, and some of them in Jerusalem, to be near the king's person, and to be a guard to him on occasion. Josephus F6 says, half of them were in Jerusalem about the king, and the rest were dispersed through the king's villages.


FOOTNOTES:

F6 Antiqu l. 8. c. 2. sect. 4.

1 Koningen 10:26 In-Context

24 En de ganse aarde zocht het aangezicht van Salomo, om zijn wijsheid te horen, die God in zijn hart gegeven had.
25 En zij brachten een ieder zijn geschenk, zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen, en harnas, en specerijen, paarden en muilezelen, elk ding van jaar tot jaar.
26 Daartoe vergaderde Salomo wagenen en ruiteren, en hij had duizend en vierhonderd wagenen, en twaalf duizend ruiteren, en legde ze in de wagensteden en bij den koning in Jeruzalem.
27 En de koning maakte het zilver in Jeruzalem te zijn als stenen, en de cederen maakte hij te zijn als de wilde vijgebomen, die in de laagte zijn, in menigte.
28 En het uitbrengen der paarden was hetgeen Salomo uit Egypte had; en aangaande het linnen garen, de kooplieden des konings namen het linnen garen voor den prijs.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.