2 Samuël 13:29

29 En Absaloms jongens deden aan Amnon, gelijk als Absalom geboden had. Toen stonden alle zonen des konings op, en reden een iegelijk op zijn muildier, en vloden.

2 Samuël 13:29 Meaning and Commentary

2 Samuel 13:29

And the servants of Absalom did unto Amnon as Absalom had
commanded
They smote him, and killed him, when he gave the word:

then all the king's sons arose;
from the feast, imagining they were all designed to be slain:

and every man gat him up upon his mule, and fled;
creatures much used in Judea instead of horses, which, though they might not be bred, might be used F15.


FOOTNOTES:

F15 Vid. Misn. Celaim, c. 8. sect. 1.

2 Samuël 13:29 In-Context

27 Als Absalom bij hem aanhield, zo liet hij Amnon en al des konings zonen met hem gaan.
28 Absalom nu gebood zijn jongens, zeggende: Let er nu op, als Amnons hart vrolijk is van den wijn, en ik tot ulieden zal zeggen: Slaat Amnon, dan zult gij hem doden; vreest niet; is het niet, omdat ik het u geboden heb? Zijt sterk en weest dapper.
29 En Absaloms jongens deden aan Amnon, gelijk als Absalom geboden had. Toen stonden alle zonen des konings op, en reden een iegelijk op zijn muildier, en vloden.
30 En het geschiedde, als zij op den weg waren, dat het gerucht tot David kwam, dat men zeide: Absalom heeft al de zonen des konings geslagen, en er is niet een van hen overgelaten.
31 Toen stond de koning op, en scheurde zijn klederen, en legde zich neder ter aarde; desgelijks stonden al zijn knechten met gescheurde klederen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.