Exodus 34:4

4 Toen hieuw hij twee stenen tafelen, gelijk de eerste; en Mozes stond des morgens vroeg op, en klom op den berg Sinai, gelijk als hem de HEERE geboden had; en hij nam de twee stenen tafelen in zijn hand.

Exodus 34:4 Meaning and Commentary

Exodus 34:4

And he hewed two tables of stone like unto the first
Which may be an emblem of the ministry of men, which God makes use of in hewing of his people, and bringing them to a sense of their sins, the breach of his law, and repentance for them, ( Hosea 6:5 ) :

and Moses rose up early in the morning:
which, according to the Jews F7, was the twenty ninth of Ab or July, which showed his ready and cheerful obedience to the divine will, and the quick dispatch he had made in hewing the tables; which whether he did with his own hands only, or made use of others whom he directed, is not very material; though the phrase "hew thee", or "hew unto thee", seems as if he were to do it himself, and not another:

and went up unto Mount Sinai, as the Lord had commanded him;
which was the third time of his going there, and every time he continued forty days and forty nights, as Aben Ezra observes, see ( Deuteronomy 9:18 Deuteronomy 9:25 ) :

and took in his hand the two tables of stone;
which could not be very thick and heavy to carry in one hand up a mountain, but must be a sort of marble slab or slate: at this same time an ark was ordered to be made, and was made, to put the tables into, which was a type of Christ, the fulfilling end of the law for righteousness, ( Deuteronomy 10:1-5 ) .


FOOTNOTES:

F7 Seder Olam Rabba, c. 6. p. 19.

Exodus 34:4 In-Context

2 En wees bereid tegen den morgenstond; dat gij in den morgenstond op den berg Sinai klimt, en stel u aldaar voor Mij, op den top des bergs.
3 En niemand zal met u opklimmen; dat er ook niemand gezien worde op den gansen berg; ook het kleine vee, noch runderen zullen tegenover dezen berg niet weiden.
4 Toen hieuw hij twee stenen tafelen, gelijk de eerste; en Mozes stond des morgens vroeg op, en klom op den berg Sinai, gelijk als hem de HEERE geboden had; en hij nam de twee stenen tafelen in zijn hand.
5 De HEERE nu kwam nederwaarts in een wolk, en stelde Zich aldaar bij hem; en Hij riep uit den Naam des HEEREN.
6 Als nu de HEERE voor zijn aangezicht voorbijging, zo riep Hij: HEERE, HEERE, God, barmhartig en genadig, lankmoedig en groot van weldadigheid en waarheid.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.