Genesis 33:15

15 En Ezau zeide: Laat mij toch van dit volk, dat met mij is, u bijstellen. En hij zeide: Waartoe dat? laat mij genade vinden in mijns heren ogen!

Genesis 33:15 Meaning and Commentary

Genesis 33:15

And Esau said, let me now leave with thee [some] of the folk
that [are] with me
To show him the way, and guard him on the road, and he appear the more honourable when he entered into Seir: and he said, what needeth it?
Jacob saw not the necessity of it; he knew the direct way very probably; he thought himself in no danger, since he was at peace with Esau, and he did not affect the grandeur of an equipage: let me find grace in the sight of my lord;
having his favour and good will, that was enough for him; and among the rest of the favours he received from him, he begged this might be added, that he might be excused retaining any of his retinue with him.

Genesis 33:15 In-Context

13 Maar hij zeide tot hem: Mijn heer weet, dat deze kinderen teder zijn, en dat ik zogende schapen en koeien bij mij heb; indien men dezelve maar een dag afdrijft, zo zal de gehele kudde sterven.
14 Mijn heer trekke toch voorbij, voor het aangezicht van zijn knecht; en ik zal mij op mijn gemak als leidsman voegen, naar den gang van het werk, hetwelk voor mijn aangezicht is, en naar den gang dezer kinderen, totdat ik bij mijn heer te Seir kome.
15 En Ezau zeide: Laat mij toch van dit volk, dat met mij is, u bijstellen. En hij zeide: Waartoe dat? laat mij genade vinden in mijns heren ogen!
16 Alzo keerde Ezau dien dag wederom zijns weegs naar Seir toe.
17 Maar Jakob reisde naar Sukkoth, en bouwde een huis voor zich, en maakte hutten voor zijn vee; daarom noemde hij den naam dier plaats Sukkoth.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.