9
En de zonen van Ruben: Hanoch, en Pallu, en Hezron, en Karmi.
10
En de zonen van Simeon: Jemuel, en Jamin, en Ohad, en Jachin, en Zoar, en Saul, de zoon ener Kanaanietische vrouw.
11
En de zonen van Levi: Gerson, Kehath en Merari.
12
En de zonen van Juda: Er, en Onan, en Sela, en Perez, en Zerah. Doch Er en Onan waren gestorven in het land van Kanaan; en de zonen van Perez waren Hezron en Hamul.
13
En de zonen van Issaschar: Tola, en Puwa, en Job, en Simron.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.