Jesaja 2:21

21 Gaande in de reten der rotsen en in de kloven der steenrotsen, vanwege den schrik des HEEREN, en vanwege de heerlijkheid Zijner majesteit, wanneer Hij Zich opmaken zal, om de aarde geweldiglijk te verschrikken.

Jesaja 2:21 Meaning and Commentary

Isaiah 2:21

To go into the clifts of the rocks, and into the tops of
the ragged rocks
That is, the idolaters shall either go there themselves; or they shall cause their idols to go there, thither they shall cast them; though the former sense seems the best, because of what follows, for fear of the Lord (See Gill on Isaiah 2:10) (See Gill on Isaiah 2:19).

Jesaja 2:21 In-Context

19 Dan zullen zij in de spelonken der rotsstenen gaan, en in de holen der aarde, vanwege den schrik des HEEREN, en vanwege de heerlijkheid Zijner majesteit, wanneer Hij Zich opmaken zal, om de aarde te verschrikken.
20 In dien dag zal de mens zijn zilveren afgoden, en zijn gouden afgoden, welke zij zich gemaakt hadden, om zich daarvoor neder te buigen, wegwerpen voor de mollen en de vledermuizen;
21 Gaande in de reten der rotsen en in de kloven der steenrotsen, vanwege den schrik des HEEREN, en vanwege de heerlijkheid Zijner majesteit, wanneer Hij Zich opmaken zal, om de aarde geweldiglijk te verschrikken.
22 Laat gijlieden dan af van den mens, wiens adem in zijn neus is, want waarin is hij te achten?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.