Job 39:20

20 Want God heeft haar van wijsheid ontbloot, en heeft haar des verstands niet medegedeeld.

Job 39:20 Meaning and Commentary

Job 39:20

Canst thou make him afraid as a grasshopper?
&c.] Which is frightened at every noise, and at any approach of men; but not so the horse; or canst thou move him, or cause him to skip and jump, or rather leap like a grasshopper? that is, hast thou given, or canst thou give him the faculty of leaping over hedges and ditches, for which the horse is famous? so Neptune's war horses are said F17 to be (euskarymoi) , good leapers;

the glory of his nostrils [is] terrible:
which may be understood of his sneezing, snorting, pawing, and neighing, when his nostrils are broad, spread, and enlarged; and especially when enraged and in battle, when he foams and fumes, and his breath comes out of his nostrils like smoke {r}, and is very terrible.


FOOTNOTES:

F17 Homeri Iliad. 13. v. 31.
F18 "Iguescunt patulae nares". Claudian. in 4. Consul. Honor.

Job 39:20 In-Context

18 En vergeet, dat de voet die drukken kan, en de dieren des velds die vertrappen kunnen?
19 Zij verhardt zich tegen haar jongen, alsof zij de hare niet waren; haar arbeid is te vergeefs, omdat zij zonder vreze is.
20 Want God heeft haar van wijsheid ontbloot, en heeft haar des verstands niet medegedeeld.
21 Als het tijd is, verheft zij zich in de hoogte; zij belacht het paard en zijn rijder.
22 Zult gij het paard sterkte geven? Kunt gij zijn hals met donder bekleden?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.