Psalmen 119:76

76 Laat toch Uw goedertierenheid zijn om mij te troosten, naar Uw toezegging aan Uw knecht.

Images for Psalmen 119:76

Psalmen 119:76 Meaning and Commentary

Psalms 119:76

Let, I pray thee, thy merciful kindness be for my comfort,
&c.] Shown in the provision and promise of a Saviour; in the forgiveness of sins through him; a discovery and application of which yields comfort under afflictions;

according to thy word unto servant;
a word of promise, in which he had assured him of his love, grace, mercy, and kindness; and that he would continue it to him, and comfort him with it: to make such a promise, and show such favour, was an instance of condescending grace to him, who was but his servant, and unworthy of his regard.

Psalmen 119:76 In-Context

74 Die U vrezen, zullen mij aanzien, en zich verblijden, omdat ik op Uw woord gehoopt heb.
75 Ik weet, HEERE! dat Uw gerichten de gerechtigheid zijn, en dat Gij mij uit getrouwheid verdrukt hebt.
76 Laat toch Uw goedertierenheid zijn om mij te troosten, naar Uw toezegging aan Uw knecht.
77 Laat mij Uw barmhartigheden overkomen, opdat ik leve, want Uw wet is al mijn vermaking.
78 Laat de hovaardigen beschaamd worden, omdat zij mij met leugen nedergestoten hebben; doch ik betracht Uw geboden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.